Zaterdagmiddag was het vrijwel overal in Nederland warm met zelfs de eerste regionale zomerse dag van dit jaar: bij Westdorpe in Zeeland werd het 25,3 graden! Wat hierbij opviel was een uitzonderlijk grote 'dagelijkse gang': in de vroege ochtend lag het minimum aldaar op +1,0 graad. Een verschil van meer dan 24 graden tussen minimum en maximum behoort zo'n beetje tot het hoogst haalbare in ons land.

Na een droge en rustige maandag met geregeld zon, staat dinsdag een volgend 'opstootje' van warme lucht op het programma. De wind draait tijdelijk naar een zuidoostelijke richting, waardoor de temperatuur op het 850 hPa-vlak enige tijd kan oplopen tot een graad of 9. Op leefniveau zorgt dat voor maxima tussen 20 en 22 graden in het binnenland, met langs de oostgrens bij voldoende zonneschijn zelfs lokaal 23-24 graden. Vanuit het zuidwesten nadert echter een koufront en dat zorgt in de namiddag en avond voor vorming van enkele fikse buien.  Hierbij is sprake van de eerste 'warmbloedige' buien van dit seizoen.

Deze buien kunnen zeker in de warmste gebieden relatief fors worden. We zien een overlap van 500-800 J/kg aan CAPE verschijnen bij temperaturen van een graad of 22; in dat geval is er voldoende potentie voor enkele stevige buien met onweer en lokaal wellicht ook wat hagel erbij. Doordat er weinig windschering en uberhaupt weinig stroming aanwezig is, en buien zich zodoende traag voortbewegen, kan op sommige plekken een behoorlijke plens regenwater omlaag komen. Op de tweede kaart hierboven staat de verwachte neerslagaccumulatie voor dinsdag weergegeven. De gele gebieden tonen een regensom van meer dan 20 mm en plaatselijk zelfs boven de 30 mm aan. Het is best lokaal van aard, maar her en der mag de natuur zeker in het midden en oosten dus een flinke slok water tegemoet zien. Dat zal echter lang niet overal het geval zijn.

Woensdag is de warmste lucht naar het oosten verdreven en krijgen we opnieuw met een zwakke tot matige zuidwestenwind te maken. Dit zorgt voor de aanvoer van aanhoudend zachte lucht, waarin de middagtemperatuur tot en met vrijdag dagelijks uitkomt tussen 15 en 18 graden. Zeker in de zon en uit de wind zal het gewoon aangenaam zijn. 's Middags vormen zich voornamelijk landinwaarts wel geregeld stapelwolken, waarvan een enkel exemplaar soms kan uitgroeien tot een bui. Dit levert echter nauwelijks nog serieuze neerslaghoeveelheden op.

Daarmee zien we de droogte geleidelijk toenemen, zeker nu de natuur volop aan het uitlopen is. Hoe meer (grote) bomen in blad komen te staan, hoe meer vocht de natuur verbruikt en hoe hoger de verdamping wordt. De afgelopen weken viel dat zeker in de grotere bossen allemaal nog wel mee. Afgezien van enkele actieve buien op dinsdag, zal het neerslagtekort gemiddeld bezien dus gestaag verder oplopen.

Behoorlijk wat onzekerheid verschijnt in de huidige weerkaarten rondom de paasdagen. Een lagedrukgebiedje komt waarschijnlijk net west of noordwest van ons land te liggen. Afhankelijk van deze positie krijgen wij te maken met een warme zuidelijke stroming, of juist meer invloed van buien en een frissere westenwind. Omdat het koufront in onze nabijheid blijft slepen valt hier voorlopig weinig zinnigs over te zeggen. Behalve dan wat kanspercentages van bijvoorbeeld de temperatuur.

In de temperatuurpluim zien we de spreiding vooral vanaf zaterdag 19 april stevig oplopen. Op 19 april zelf schommelt de onzekerheid tussen een maximum van 8 graden (laagste uitvoer) tot 23 graden (hoogste uitvoer). Op 2e paasdag loopt dat verschil zelfs van 11 tot 25 graden. De neerslagkansen zijn wel relatief groot en dat komt dus mede door het koufront dat zich in onze omgeving ophoudt. Later komende week kijken we verder naar de ontwikkelingen rondom de paasdagen.

Hoofdfoto: Jolanda Bakker